Veldkrekel (Gryllus campestris)
De veldkrekel (Gryllus campestris) is een compacte, niet vliegende sprinkhaan met lange, draadvormige sprieten. In de warmere streken komt hij nog veel voor, in het noordelijk deel van Midden-Europa is zijn aantal drastisch afgenomen. Wanneer veldkrekels uit hun winterslaap ontwaken, wordt de lucht gevuld met hun aanhoudende gesjirp. Alleen wanneer het weer ’s zomers koel is, maken ze minder geluid.
SNEL INFORMATIE OVER VELDKREKEL
Uiterlijke kenmerken
Een volwassen veldkrekel heeft een lengte van 20 tot 30 mm. Veldkrekels hebben meestal een zwarte of zwartbruine kleur, en kunnen niet vliegen.
Kenmerken van de veldkrekel
Ontwikkeling
- Eieren: Het krekel vrouwtje legt met haar legboor (eierlegorgaan aan het achterlijf) tot zo’n 200 eieren één voor één in de grond. De larven komen na drie tot vier weken uit het ei.
- Larve: De larve komt in het begin van de zomer uit het ei, leeft van planten en vervelt 7 tot 8 maal voor de winter. Voordat het dier het volgend jaar volwassen is, vinden nog twee vervellingen plaats.
Uiterlijk
- Zang: Het volwassen krekel mannetje strijkt met een rij tandjes onder de linkervleugel over een verdikte kam op de rechtervleugel of rechts over links en produceert zo een hoog ‘sri’-geluid. De ruimte tussen de vleugels en het achterlijk of tussen vleugels en bodem werkt als klankkast en versterkt het geluid.
- Monddelen: De monddelen gebruikt de veldrekel om te graven en te eten.
- Achterpoten: Achterpoten zijn sterk vergroot, met sterke spieren ter ondersteuning bij het graven en om te springen.
- Gehoororganen: Een trommelvliesachtig gehoormembraam in de schenen van de voorpoten. De krekel buigt de poot om het naar de geluidsbron te richten en vast te stellen uit welke richting het komt.
Veldkrekel geluid
De zwarte veldkrekel produceert zijn geluid (zang) door met een speciale kam tandjes, de ‘sjirpader’, onder aan de linkervleugel te strijken. Dit geluid wordt in de ruimte tussen de vleugels en de grond versterkt (klankkast). Zeven volledige strijkbewegingen per seconden brengen 4200 trillingen voort en daarmee een zuivere toon, die vier octaven boven de middelste C ligt. Het mannetje zingt van mei tot juli voor de ingang van zijn hol om vrouwtjes te lokken en rivalen te verjagen. Bij koeler weer sjirpen ze niet, maar bij warm weer zingen ze vaak dag en nacht onafgebroken door.
Waar leeft een veldkrekel
Terwijl de veldkrekel in Midden-Europa lokaal nog massaal voorkomt, is hij in Noordwest-Europa sterk achteruitgegaan. In Nederland komt hij nog op een beperkt aantal plaatsen in zuidoost Nederland, de Utrechtse heuvelrug en op de zuidelijke Veluwe voor. De oorzaak van deze achteruitgang is onduidelijk. Het valt niet mee om een veldkrekel te zien te krijgen, omdat hij zich bij verstoring direct in zijn hol terugtrekt.
De zwarte veldkrekel leeft in West, Midden, en Zuid-Europa, en in Noord-Afrika en in West Azië. Met name in Noord-Europa zijn de aantallen veldkrekels dramatisch afgenomen, wat vermoedelijk samenhangt met veranderingen in hun leegomgeving en veelal droge graslanden.
- Gedrag: solitair, bij warm weer actief.
- Voedsel: Bladeren, zaden, wortels, kleine dieren.
- Levensverwachting: 3 tot 4 maanden als volwassen dier.
Gedrag
De veldkrekel leeft in een warme, droge leefomgeving met korte vegetatie en een losse bodem die geschikt is om in te graven. Hij bezit geen bijzonder sterke vleugels en kan niet vliegen. Hij loopt of springt over de grond en zoekt naar zijn voedsel zoals bladeren, zaden, wortels en soms ongewervelde dieren. De veldkrekel blijft in het holletje waarin hij overwintert ten minste tot hij het volwassen stadium bereikt heeft. Het geslachtsrijpe vrouwtje verlaat het hol op zoek naar een partner, maar het mannetje blijft in de buurt van zijn hol. Wanneer twee mannetjes elkaar tegenkomen, dreigen ze naar elkaar en voeren soms gevechten, die dodelijk af kunnen lopen.
Levenscyclus van de veldkrekel
De veldkrekel brengt zijn leven zowel boven als ondergronds door. Drie tot vier weken na het leggen van de eieren komen aan het begin van de zomer de larven in de grond uit. De larve zit nog in de cocon en lijkt een beetje op een worm. Daarna vervelt de larve vrijwel onmiddellijk en wordt zo een drie millimeter lange, ongevleugelde larve. De larve kruipt op de grond rond en leeft van plantaardig voedsel. Hij groeit snel en vervelt zeven tot acht keer voordat hij zich bij de inval van koeler herfstweer terugtrekt om te overwinteren.
Met zijn grote kaken graaft hij een twintig centimeter lange gang in de grond, die achter zich met aarde afsluit. Met het begin van het milde voorjaarsweer in maart eindigt de winterslaap van de larve en komt hij weer tevoorschijn. Hij blijft in de buurt van zijn holletje en verandert na nog een tweetal vervellingen in een volwassen insect. Tegen het einde van het voorjaar begint de jonge krekel met de voorplanting. In augustus is zijn korte leven als imago (volwassen insect) alweer ten einde.
Voortplanting
Na de laatste vervelling is het veldkrekel vrouwtje klaar om te paren. Ze verlaat het hol om een partner te zoeken en zwerft rond tot ze door de zang van een mannetje wordt aangelokt. Als ze geïnteresseerd is, draait het mannetje zijn achterlijk naar haar toe. Bij de aanhechting van de legboor aan het achterlijf ontvangt het vrouwtje een spermapakketje. Met de naaldvormige legboor legt het vrouwtje van mei tot juli de eieren. Ze steekt de legboor in de grond en zet één voor één zo’n 200 eieren af.
- Paartijd: in Midden-Europa van mei tot juli.
- Aantal eieren: tot zo’n 200, worden één voor één gelegd.
- Ontwikkelingsduur: 3 tot 4 weken.
Veldkrekel weetjes
De veldkrekel wordt in sommige streken van Europa vanwege zijn harmonieuze gezang als huisdier gehouden.
Vanwege zijn agressiviteit tegenover rivalen wordt de veldkrekel in China als show-vechtdier gebruikt. De gevechten vinden in speciaal beschilderde dozen plaats.
De gehoororganen van krekels zitten niet op de kop, maar in de schenen van de voorpoten.
Verwante soorten
De veldkrekel behoort tot de grote insectengroep van de rechtvleugelige, Orthoptera.
Groepen
- Klasse: Insecten
- Orde: Rechtvleugeligen
- Familie: Krekels
- Geslacht Gryllus campestris
Buitenlandse benaming
Veldkrekel
Grillon champêtre
Field cricket